Met de start van het basisonderwijs, begon ook voor een deel weer het ‘oude normaal’.
De kinderen waren voor het eerst in 8 weken niet thuis, en ik had de ruimte om werkafspraken
te maken.
En dat deed ik dan ook vol overgave!
Het werd een dag van afspraken die werden afgewisseld door nog meer afspraken.
Nog geen 5 minuten had ik mezelf vrij gegeven in de werkdag.
Want zo gaat dat:
zodra we tijd en ruimte hebben, vult zich dat met ‘het oude normaal’.
Dat gaat automatisch. Op de automatische piloot volg je je overtuigingen en gewoonten.
'het oude normaal’ paste niet meer.
Ik kon ineens niet meer zo snel, niet meer zo veel en al helemaal niet meer zoveel tegelijk.
De weken thuis, met de kinderen, jonglerend met tijd en aandacht hadden me veranderd.
Ik besloot om juist bij die gejaagdheid eens stil te staan in plaats van te rennen.
Het veranderde de uiterlijke situatie niet. De afspraken waren ingepland en dat ging gewoon door.
Maar vanbinnen was het een wereld van verschil.
Ik kon met vriendelijkheid kijken naar mezelf in plaats van mezelf op de kop geven dat ik voor de zoveelste keer in dezelfde valkuil was getrapt, of dat ik niet voldeed aan de eisen die ik toch wel kon verwachten van mezelf.
En juist door de vriendelijkheid voor mezelf en het aanwezig blijven bij wat zich afspeelde in het moment, had ik weer energie om te gebruiken.
Automatische reacties, overtuigingen en gewoonten zijn aan de orde van elke dag.
Dat is een feit.
We hebben automatische actie nodig,
dat kost minder energie dan bij elke actie bewust aanwezig zijn.
We hebben overtuigingen en gewoontes om die zelfde reden:
het kost minder energie.
Maar wat we vaak niet in de gaten hebben, is dat we naast de automatismen, die ons niet altijd opleveren wat we echt willen, ook nog eens een innerlijke criticus hebben, die er een schepje bovenop doet.
Mindfulness leerde mij om naast die criticus vriendelijkheid en compassie te zetten.
Dat helpt mij. Bij grote dingen en bij kleine. Het geeft me elk moment weer een startpunt.
En van daaruit stap ik verder.